Afstand en nabijheid
Al vaker heb ik geschreven over de situaties in de maatschappij en de relatie naar de Bijbelse context. Voor mij een manier om te reflecteren en de huidige tijd in het perspectief van de Bijbel te plaatsen. Dat helpt in ieder geval mij om rust te ervaren en kracht te ontlenen aan het Woord van God, ons richtsnoer: De Bijbel. Ik hoop dat u dat ook zo mag ervaren.
De maatschappij is ingewikkeld en keihard. Niet iedereen kan het meer bijhouden en begrijpen. Experts aan de talkshowtafels worden aan- en afgevoerd en weten het allemaal beter. In de 2e Kamer is er een sport van gemaakt om elkaar af te maken in plaats van het beste te zoeken voor de meeste Nederlanders. De armoede komt volop aan het licht en we moeten aan de slag.
Van de coronacrisis rollen we zo in de volgende crisis. Niet één, maar wel meerdere. Denk maar aan de klimaatcrisis, energie en brandstoffencrisis, stikstofcrisis, asielzoekers-crisis, woningbouwcrisis, bestaanscrisis, etc.
Premier Rutte zei het hardop: we lossen de problemen niet op, we leiden ze als overheid in goede banen en we moeten samen aan de slag. We moeten aan de slag.
Een aantal effecten van crises zijn het gevolg van de oorlog in het oosten. We betalen steeds meer zelf de prijs voor de oorlog van Oekraïne en Rusland. Degene die aan de gashendel zit heeft de macht. We weten vanuit de geschiedenis dat dit voor de machthebber in kwestie slecht af kan lopen.
De wereld staat in brand en ik stel mij zo voor dat God huilt. Huilt om de manier waarop we met de aarde omgaan, huilt om de manier waarop we met elkaar omgaan. Huilt omdat we elkaar doden in oorlogen, en ga zo maar door. En hoe moeten wij daarmee omgaan, afstand houden, nabij zijn?
Soms weten we dan niet zo goed of we nu afstand moeten houden of dichtbij moeten staan. We houden afstand omdat ons dat afgelopen jaren is aangeleerd en zijn er aan gewend geraakt onze eigen boontjes te doppen. Individualisering is de grootste oorzaak van eenzaamheid en lege kerken.
Maar zijn we dan nog wel in staat om nabijheid te tonen, naast onze naaste te staan en compassie te tonen met wie het moeilijk hebben?
Heeft de bijbel hier ook iets over te zeggen? Jazeker. De bijbel is een richtsnoer in alle situaties.
We kunnen een bepaalde afstand tot God ervaren. En God staat gevoelsmatig misschien ook wel op afstand. We stellen ons voor dat Hij in de hemel is, op een troon, of zoiets. Dat is ook afstand. Mozes gaat de berg op om tot God te spreken. Hij moest een afstand overbruggen om in de nabijheid van God te kunnen zijn. We stellen ons dat voor in de letterlijke zin.
Figuurlijk kunnen we God ervaren in gebeurtenissen, in een lied, in een preek, in een ontmoeting of in een toevallige gebeurtenis, een arm om je heen. Als mensen hebben we nabijheid te tonen naar onze naaste, naar de verdrukte, waar dan ook.
Best ingewikkeld hoor, afstand en nabijheid. Een paar passages in Bijbelse context:
In de Bijbel kennen we vast het verhaal van Job (de naam van onze middelste zoon). Hij werd bezocht door dood, verlies van bezit en ervoer een enorme afstand tot God. In de steek gelaten. Maar wat waren zijn vrienden belangrijk en is God niet op die manier heel dichtbij Job geweest. Aan het einde van het verhaal wendt hij zich weer tot God, geborgen in Zijn nabijheid.
In de Psalmen worden we voortdurend geroepen om de nabijheid van de Heer te zoeken, dat is een veilige haven. Schuilen onder Zijn vleugels, daar ontvangen we genade en liefde.
Zie ook het verhaal over de vrouw in Marcus 5. Zij wil niet verder leven op de manier waarop het nu gaat, ze is op afstand gezet, vrouwen mochten niet in de tempel komen en werden ook door de wet op afstand gezet. Ze leed aan aanhoudende bloedingen. Zeker niet iets waar je eenvoudig over sprak.
Maar ze zocht ten einde raad Jezus op en raakte zijn mantel aan. Hij spreekt tot haar en zegt haar dat zij door haar geloof is behouden. Ze kan verder met een waardig leven.
Zo kan het dus gaan. Als we op afstand komen te staan of onszelf op afstand zetten ontstaat er vroeg of laat een aanleiding om Hem weer op te zoeken en God is altijd op zoek naar ons.
Hij gunt ons Zijn nabijheid, altijd.
Die nabijheid wens ik u, jou en mij.